Bedragen x € 1.000
Rekening 2020 | Primitieve begroting 2021 | Actuele begroting 2021 | Rekening 2021 | Verschil Act. begr./Rek. 2021 | ||||||
Lasten | 35.176 | N | 38.490 | N | 40.639 | N | 42.926 | N | 2.287 | N |
Baten | 224.161 | V | 207.136 | V | 237.422 | V | 234.641 | V | 2.781 | N |
Storting reserve | 43.676 | N | 13.450 | N | 35.251 | N | 34.532 | N | 719 | V |
Onttrekking reserve | 26.951 | V | 11.346 | V | 18.320 | V | 23.198 | V | 4.878 | V |
Resultaat | 172.259 | V | 166.542 | V | 179.852 | V | 180.381 | V | 529 | V |
Inhuur personeel als gevolg van hoog ziekteverzuim € 600.000 N
We zien in 2021 een sterk stijgend ziekteverzuim. Een omslag ten opzichte van het beeld van de afgelopen jaren: stabiel laag. Het hoog langdurig ziekteverzuim wordt mede veroorzaakt door corona en met name de gevolgen daarvan door het thuiswerken. Er is minder verbinding en minder aandacht waardoor niet tijdig kan worden gesignaleerd en worden bijgestuurd.
Corona veroorzaakt een deel van de verzuimstijging, maar ook de verhoogde werkdruk verklaart een deel van de stijging. Wij constateren dat we als organisatie een schaalsprong doorleven en dat de organisatie-inrichting zich hier nog niet voldoende op heeft kunnen aanpassen. Het gemiddeld jaarpercentage ziekteverzuim is ruim 1,8% procentpunt hoger dan dat van 2020. We kunnen constateren dat in zijn algemeenheid de productie in Ede hier niet door is aangetast. Om de productie op peil te houden moest op meerdere plekken in de organisatie worden ingehuurd. Deze extreme omstandigheden leggen een te zware last op de bedrijfsvoeringskosten. Daarom is het bedrag gestort in de bedrijfsvoeringsreserve Personele Lasten.
Stelpost onderuitputting (Act. 2021: € 1.250.000 N) € 1.250.000 N
De stelpost onderuitputting is in het verleden opgenomen omdat vrijwel elke programmarekening met een positief resultaat werd afgesloten. We gaven dus minder uit dan we beschikbaar hadden, dit werd als onwenselijk ervaren. Om dit op te vangen heeft de gemeenteraad voorgesteld om jaarlijks € 1,25 miljoen meer uit te geven dan dat er opbrengsten tegenover stonden. De achterliggende gedachte hierbij is dat lopende het jaar op diverse posten minder wordt uitgegeven (onderuitputting). Deze stelpost staat dus voor de te verwachte onderuitputting/voordelen op de verschillende programma’s.
Het mooiste zou zijn wanneer in de begroting per programma de onderuitputting wordt opgenomen. Helaas is dit niet mogelijk, aangezien dit per jaar kan verschillen. Vandaar deze stelpost op programma 8. In de actualisatie komt dit als volgt tot uiting:
- De voordelen als gevolg van onderuitputting worden conform de regelgeving verantwoord op de diverse programma’s.
- Gezien deze verantwoording per programma wordt het verwachte voordeel van € 1,25 miljoen op programma 8 niet gerealiseerd en is derhalve een nadeel.
Onvoorzien (Act. 2021: € 53.000 V) € 53.000 V
In 2021 is beperkt aanspraak gedaan op het budget Onvoorzien, een voordeel van € 53.000. Het betrof de initiële kosten ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten en asielzoekers op de Kop van Deelen.
Reservering lonen en prijzen € 500.000 V
De loon- en prijsontwikkeling is vrijwel conform begroting verlopen. Dankzij onder meer een iets lagere uitkomst van de gemeentelijke CAO en niet aanwenden reservering volumegroei sociaal domein resteert een voordeel van € 500.000.
Algemene uitkering € 2.500.000 V
De algemene uitkering sluit met een voordeel van € 2,5 miljoen. Dit is voor een belangrijk deel te herleiden op de extra middelen uit de decembercirculaire. Het voordeel is als volgt opgebouwd:
- Algemene ontwikkeling van het gemeentefonds
De ontwikkeling van de algemene uitkering is vrijwel in overeenstemming met de begroting, een verwaarloosbaar voordeel van € 150.000. - Compensatie corona
In de decembercirculaire is een aanvullend bedrag van € 1,5 miljoen opgenomen voor compensatie coronakosten. Deels is dit toegevoegd aan de Reserve steun en herstel Corona en deels aan diverse centrumgemeentelijke reserves.
- Groei van het gemeentefonds (taakmutaties)
Diverse taakmutaties zijn in december ontvangen tot een bedrag van € 850.000. Taakmutaties zijn middelen die voor een specifiek onderwerp, al dan niet geoormerkt, aan de algemene uitkering worden toegevoegd. Tegenover dit voordeel op programma 8 staan deels nadelen op de diverse andere programma’s. Voor de taakmutatie transformatie sociaal domein (€ 184.000) leggen wij u een resultaatbestemmingsvoorstel voor.
Corona-bedrijfsvoeringskostsen (Act 2021: € 500.000 N) € 550.000 N
Het voortduren van de coronacrisis maakt dat ook in 2021 extra kosten zijn gemaakt voor de bedrijfsvoeringskosten personeel, automatisering en huisvesting. Daarnaast ook een voordeel op de geraamde reiskosten als gevolg van het thuiswerken.
Storting Reserve steun en herstelCorona € 893.000 N
In de decembercirculaire is een bedrag van € 1,5 miljoen ontvangen voor compensatie coronakosten. Deels is dit toegevoegd, op dit programma, aan de Reserve steun en herstel Corona.
Deelneming - dividend (Act. 2021: € 520.000 N) € 520.000 N
Als gevolg van de coronapandemie staan de financiële posities van onze deelnemingen onder druk. Dit nadeel ontstaat doordat twee van onze deelnemingen besloten hebben om niet het (volledige) dividend uit te keren.
Met betrekking tot de ACV heeft de aandeelhoudersvergadering (AvA) besloten om over de jaren 2019 en 2020 geen dividend betaalbaar te stellen. Gezien de liquiditeitspositie van de ACV zou het onverstandig zijn om dividend uit te keren, dit zou de continuïteit van de onderneming negatief beïnvloeden. Daarnaast is het wettelijk niet toegestaan doordat er binnen de groep gebruik gemaakt is van de coronasteunmaatregelen. Dit levert een nadeel op van € 420.000.
Ten aanzien van de BNG Bank heeft de AvA op 22 april 2021 ingestemd om 50% van de beschikbare winst 2020 uit te keren. De BNG Bank geeft hiermee invulling aan de aanbevelingen welke gedaan zijn door de Europese Centrale Bank in september 2020. Dit betekent een nadelig effect op van € 100.000.
Financiering € 1.360.000 V
In 2021 is een positiever renteresultaat behaald dan begroot. Hier liggen grotendeels twee oorzaken aan ten grondslag. De lage rentetarieven in de markt voor korte financiering hebben geleid tot € 110.000 minder rentelasten dan begroot. Daarnaast houden we binnen het financieringsproduct rekening met toekomstige stijgingen van rentetarieven. In 2021 was echter geen sprake van een rentestijging maar juist sprake van lagere rentetarieven. Daardoor ontstaat hier een voordeel van € 1.250.000. In 2022 wordt de renteomslag herberekend.